VN speciaal rapporteur voor Myanmar Yanghee Lee zegt dat ze teleurgesteld is over het gebrek aan bereidwilligheid in de VN Mensenrechtenraad om haar te steunen in de oprichting van een onafhankelijke onderzoekscommissie naar vermeende misdaden tegen de Rohingya-minderheid.
Na het adresseren van de 47 leden tellende raad in Genève op maandag sprak speciale rapporteur Yanghee Lee met The Associated Press. Ze vertelde dat ze afwijkende meningen heeft gehoord over de weg die de VN moet inslaan omtrent het omgaan met schendingen van de mensenrechten in Myanmar, zelfs vanuit de Europese Unie.
“Ik ben nogal teleurgesteld, want ik denk niet dat er iets van bereidwilligheid of doorzettingsvermogen aanwezig is voor een onderzoekscommissie door sponsors van de resolutie en door landen die normaal altijd wél hun steun geven in gesprekken over dergelijke onderzoeksinstanties,” zei Lee.Ze vertelde verder dat de huidige, door Myanmar zelf ingestelde onderzoekscommissie gericht op de staat van Rakhine, zeer gebrekkig is. Deze staat onder leiding van voormalig VN-secretaris-generaal Kofi Annan maar heeft niet een allesomvattende mandaat. Yanghee Lee heeft verder geen complete toegang tot delen van Myanmar die zij initieel wel wilde bezoeken. Verder uit ze haar bezorgdheid over geweld tegen burgers in de staten Kachin en Shan.
“Het is van groot belang dat Nederland de oproep van Yanghee Lee voor een onderzoekscommissie steunt,” zegt Nourdeen Wildeman, voorzitter van Stichting as-Salaamah wal’Adaalah. “We hebben het Ministerie van Buitenlandse Zaken middels een open brief herinnerd aan hun verantwoordelijkheid om dit serieus te nemen, maar vooralsnog lijkt het erop dat Nederland verstek laat gaan. Wat een tegenslag!”
Geweld erger dan afgelopen jaren
Na haar 12-daagse reis naar Myanmar in januari, heeft Lee een 25-pagina’s tellend rapport uitgegeven. Daarin benoemt ze aanhoudende en escalerende geweld in meerdere staten in Myanmar en verder beargumenteert ze dat de situatie nog erger is dan de afgelopen jaren.
Het leger van Myanmar, dat onder stevige internationale druk staat over vermeend misbruik tegen de islamitische Rohingya-minderheid, heeft via verschillende kanalen gezegd dat officiële onderzoeken er niet in geslaagd zijn om de meeste beschuldigingen te onderbouwen. Lee riep de overheid van Myanmar op om haar een onderzoek te laten starten naar de mogelijke geruchten over massagraven in Myanmar.
“Als deze beweringen inderdaad overdreven beschuldigingen zijn dan dient iedereen dit te weten,” zei ze tegen het AP. “Als deze beschuldigingen waar zijn, dan moet Myanmar begrijpen dat deze gebeurtenissen een enorm obstakel zijn in de hervorming en verandering in een volledig democratische samenleving.”
Naar schatting worden meer dan 1 miljoen Rohingya-moslims geconfronteerd met sociale discriminatie in het overwegend Boeddhistische Myanmar. Ze worden gezien als immigranten uit buurland Bangladesh en zijn volgens de autoriteiten illegaal in het land. Velen zijn hun woonplaatsen ontvlucht tijdens het etnisch geweld in 2012, en meer dan 100.000 wonen nu in vluchtelingenkampen.