De autoriteiten van Myanmar hebben tientallen, voornamelijk boeddhistische Bengaalse stamfamilies, over de grens laten emigreren naar de verlaten land en huizen van de Rohingya-islamitische oorlogsvluchtelingen.
Ongeveer 50 families uit afgelegen heuvel- en bosgebieden aan de zijde van Bangladesh, aangetrokken door aanbiedingen van gratis land en voedsel, zijn verhuisd naar de provincie Rakhine State in het voornamelijk boeddhistische Myanmar. Het gebied is het toneel van een hardhandig optreden van het leger dat honderdduizenden Rohingya ertoe bracht te vluchten na massale verkrachtingen en moordpartijen.Een reeks projecten, hetzij door de overheid en door het leger of door particulieren gefinancierd, transformeert het gebied, dat het leger ziet als de frontlinie van haar strijd tegen de Rohingya moslimbevolking van Myanmar.
De families, voornamelijk boeddhisten maar met een aantal christenen, werden ‘door Myanmar’ naar Rakhine gelokt waar ze vijf jaar lang gratis land, burgerschap en gratis eten kregen, zegt Ming Swi. “Ze gaan erheen om het land te vullen dat is verlaten door de Rohingya die Birma (Myanmar) hebben verlaten. Ze zijn extreem arm.”
Twee Bengaalse functionarissen in de regio bevestigden de migratie en zeiden dat tot 55 stammenfamilies naar Myanmar waren vertrokken.
Etnische zuivering
Bijna 700.000 Rohingya zijn de Rakhine state ontvlucht naar kampen in voornamelijk Bangladesh sinds Myanmar afgelopen augustus hardhandig optrad tegen Rohingya-moslims. Amerikaanse en VN-functionarissen beschreven de praktijken van de overheid als ‘etnische zuivering’.
Een overeenkomst om Rohingya te repatriëren is nog steeds niet van de grond gekomen. Rohingya-leiders hebben gezegd dat de vluchtelingen niet zullen terugkeren tenzij ze veilige doorgang terug naar hun dorpen kunnen krijgen, waarvan er veel zijn afgebrand door veiligheidstroepen, in plaats van naar veronderstelde tijdelijke hervestigingskampen.